Ons datagebruik verveelvoudigt
In 2022 verstoken we ruim zeven keer zo veel data als nu, vooral doordat we steeds meer online video en muziek consumeren. Snel internet blijft belangrijk.
De cijfers komen uit een recent onderzoek door Dialogic en de TU Eindhoven. Het vertrekpunt van het onderzoek was een indeling in gebruikersgroepen en gebruikstoepassingen. Voor elke combinatie berekenden de onderzoekers aan de hand van een model het verwachte toekomstig datagebruik.
Datagebruik
Anno 2016 bedraagt het gemiddeld dagelijks internetverkeer ruim twee gigabyte per huishouden. Een kwart daarvan gaat 'up', driekwart 'down'. De komende zes jaar verzevenvoudigt het datagebruik van de gemiddelde Nederlander. Het grootste deel van de groei komt van een intensiever gebruik van de huidige internettoepassingen. Maar de onderzoekers hebben ook een toenemend datagebruik ingecalculeerd voor totaal nieuwe internetdiensten. En ook voor bredere adoptie van bestaande diensten.
Download en upload
Het volume van uploadverkeer zal iets sneller stijgen (44% per jaar) dan het downloadverkeer (40,5% per jaar), voorzien de onderzoekers. Dit verschil komt door een groeiend gebruik van online back-ups, maar ook door een relatief grote toename van het gebruik van online video en muziek. Alle diensten met downstreamverkeer vereisen namelijk ook het nodige upstreamverkeer, in de vorm van zogeheten acknowledgements. De gevraagde downloadsnelheid blijft wel aanzienlijk hoger dan de gevraagde uploadsnelheid.
Spreiding
Een opvallende conclusie van de onderzoekers is dat het internetgebruik minder pieken zal kennen. Met andere woorden: het gebruik is straks meer gespreid over de dag. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat het gebruik van streaming videodiensten, met gespreid dataverkeer, toeneemt ten koste van peer-to-peer file sharing waarmee bijvoorbeeld in één keer een hele film wordt gedownload. De conclusie van de grotere spreiding is van belang voor de prognoses voor de internetsnelheden die consumenten wensen. Wanneer de spreiding van het internetverkeer niet groter zou worden, zou de behoefte aan snellere verbindingen sterker toenemen.
Snelheid
De consument kan op dit moment prima uit de voeten met bijvoorbeeld de snelheid die Ziggo, Zeelandnet of CAIW aanbieden: 300, 400 en 500 Mpbs. Voor 2022 verwachten de onderzoekers dat de gemiddelde consument met een geadverteerde downloadsnelheid van 355 Mbps soepel kan internetten. De meest veeleisende consumenten - power users in de terminologie van de onderzoekers - zullen in 2022 vragen om Gigabit-snelheden (1000 Mbps of meer). Zowel kabelnetwerken (met DOCSIS 3.1) als glasvezelnetwerken zijn in staat om dergelijke snelheden te leveren.