Reactie NLconnect op hoofdlijnenakkoord: verheugd met economische insteek, woningbouwimpuls en aanpak netcongestie, te weinig aandacht voor digitale infrastructuur
Gisteren verscheen het hoofdlijnenakkoord 2024 – 2028. NLconnect - de branchevereniging van de telecom-, breedband- en glasvezelindustrie - is verheugd met de economische insteek, de waardering voor private investeringen door het bedrijfsleven, de beoogde woningbouwimpuls en de regie die het nieuwe kabinet wil pakken rondom de (her-)prioritering bij netcongestie. De aandacht voor de digitale infrastructuur is echter minimaal. En dat baart zorgen. Om haar Europese koppositie te behouden moet de Nederlandse telecom- en breedbandsector de komende jaren stevig investeren in aanleg van vaste en mobiele netwerken en innovatie. Het is van essentieel belang dat de nieuwe regering dit belangrijke thema in het aanstaande regeerprogramma verder uitwerkt. Negatief is de bezuiniging op het Groeifonds: een verkeerd signaal voor innovaties in nieuwe technologie.
Beschikbaarheid van digitale infrastructuur
Met een bijdrage van 2,4% van het bbp en een mede verantwoordelijkheid voor 75% van het bbp vanwege de hoge mate van digitalisering in ons land, is de digitale infrastructuur essentieel voor onze maatschappij, economie en het vestigingsklimaat. Onze sector is leidend in Europa, maar om die positie te behouden moeten we de komende jaren stevig door-investeren in aanleg van vaste en mobiele netwerken en in innovatie rond duurzaamheid, AI, quantum en cybersecurity. Daarvoor is in het akkoord van PVV, VVD, NSC en BBB te weinig aandacht.
‘De beschikbaarheid van talent, versterking van de kenniseconomie, innovatie, en (digitale) infrastructuur krijgen prioriteit’, zo schrijven de partijen. In deze enige zin over digitale infrastructuur lezen we wel steun voor de inspanningen van onze industrie en ook de bevestiging dat kennismigratie voor onze sector beschikbaar blijft. Maar verder is het niet erg concreet. Gelukkig gaat het nieuwe kabinet dit hoofdlijnenakkoord nog in een regeerprogramma uitwerken. Hopelijk wordt dan wel handen en voeten gegeven aan ondersteunend beleid voor de digitale infrastructuur. Een staatssteunregeling om de laatste 20.000 afgelegen adressen in ons land te ontsluiten met glasvezel zou een goed begin zijn, evenals een afspraak om toekomstige frequentieveilingen investeringsvriendelijk in te richten.
Groeifonds
Het Groeifonds is een instrument om in de vroege fase van innovatieve projecten te investeren. De 4e en 5e ronde van dit fonds komen te vervallen. Dat is een negatieve ontwikkeling voor innovatie en nieuwe technologieën. Hiermee verkleint Nederland de kans om een leidende positie op nieuwe technieken in te nemen.
Woningbouw, netcongestie en voldoende personeel voor nieuwe aanleg
De nieuwe coalitie beoogt een grote impuls in woningbouw. ‘Als politiek doel is de afspraak om structureel 100.000 woningen per jaar erbij te bouwen’. We hopen dat het lukt. Hoe dan ook: de Nederlandse telecomindustrie staat klaar om de nieuw te bouwen woningen met private investeringen te voorzien van snelle internetverbindingen. Bij ons geen wachtrijen en congestie. Mits we natuurlijk een aansluiting krijgen op het stroomnet. Daar is gelukkig goed nieuws. ‘Het oplossen van netcongestie krijgt voorrang, waarbij de regie bij het kabinet ligt, onder andere als het gaat om (her-)prioritering van wie wanneer op het net wordt aangesloten.’ Daarin lezen we een koerswijziging ten opzichte van het nieuwe prioriteringsbeleid bij netcongestie van ACM. En dat is hard nodig omdat ACM niet alle vitale sectoren - waaronder telecom - voorrang wil verlenen bij een aansluiting op het energienet.
In dit kader is het natuurlijk ook relevant dat er voldoende personeel is om de werkzaamheden aan de energietransitie en de digitale transitie uit te voeren. We juichen uiteraard toe dat de coalitiepartijen misstanden met arbeidsmigranten aanpakken. De uitdaging blijft wel om voldoende vakkrachten te kunnen blijven aantrekken voor het vele (graaf)werk in beide transities.
Nationale koppen en aftrekbaarheid van rentelasten
De coalitie wil geen nieuwe nationale koppen op Europees beleid en waar mogelijk bestaande koppen die zorgen voor extra regeldruk schrappen. Dat is een positieve insteek, want de wetgever is doorgaans dol op ‘Dutch specials’. Zo kent de sectorspecifieke wetgeving in de Telecommunicatiewet de nodige nationale koppen die de regeldruk verhogen. En ook met de aftrekbaarheid van rentelasten wijkt ons land af van de Europese afspraken. Daardoor is Nederland relatief onaantrekkelijk voor kapitaalintensieve investeringen, zoals die in telecom-infrastructuur. Dit laatste punt pakken de coalitiepartijen overigens wel aan in het hoofdlijnenakkoord: de aftrekbaarheid van rentelasten gaat omhoog van 20% naar 25%. Dat is een positieve beweging. Maar nog steeds een nationale kop, want de ons omringende landen hanteren de Europese afspraak van 30%.
Media en digitale geletterdheid
Op het punt van digitale geletterdheid is het akkoord wat onhelder. Aan de ene kant staat er dat ‘de huidige curriculumherziening wordt doorgezet’. Daarin lezen we dat het nieuwe kerndoel digitale geletterdheid wordt ingevoerd. Maar er staat ook dat de basisvaardigheden, lezen, schrijven en rekenen absolute prioriteit krijgen. Gaat dat dan weer ten koste van het nieuwe kerndoel digitale geletterdheid?
In het hoofdlijnenakkoord is ook de nodige aandacht voor de media. ’De instituties die de rechtsstaat mede dragen, in het bijzonder rechtspraak, media en wetenschap, worden versterkt.’ Ook ‘zal bekeken worden of bij de toepassing van de Mededingingswet ook de waarborg van de kwalitatieve pluriformiteit van het Nederlandse media-aanbod in de beoordelingscriteria betrokken kan worden.’ Dat klinkt allemaal positief. De NPO wordt hervormd, moet 100 miljoen aan budget inleveren en ‘moet inzetten op digitalisering en het bereiken van het jongere publiek’. De uitwerking zal leren of dat samen gaat met kwalitatieve pluriformiteit en een sterke media-sector.